Je zou deze vraag kunnen stellen: hoe denkt God over ons?
Laten we kijken hoe God over ons denkt en welke maatstaven Hij hanteert:
- Al ver voor je geboorte kende God je en had Hij al een plan met je leven. Een goed plan.
- Omdat God je geschapen heeft ben je enorm kostbaar voor Hem. Je bent geschapen naar zijn evenbeeld.
- Hij heeft de hoogste prijs voor je betaald zodat je niet verloren gaat.
- Als je bent wedergeboren woont Zijn Geest in je. God wil graag een intieme relatie met je onderhouden zodat je altijd in verbondenheid met Hem leeft.
- God stelt je gezelschap zo op prijs dat Hij je als gelovige heeft bestemd om eeuwig bij hem te mogen zijn, zodat Hij langdurig van je kan genieten.
- God heeft je lief met eeuwige liefde.
De bijbel is ook heel duidelijk wie wij zijn in Christus.
Enkele Bijbelteksten die wij als mens moeten koesteren zijn:
- Ik ben door God uitgekozen, heilig en zeer geliefd (Kol.3:12, Tess. 1:4)
- Ik ben een burger van een rijk in de hemelen (Fil. 3:20)
- Ik ben een deel van Christus’ lichaam (1Kor.12:27)
- Ik ben een erfgenaam van God, omdat ik zijn zoon/dochter ben (Gal.4:6,7)
- Ik ben een heilige (1Kor. 1:2, Efz.1:1)
- Ik ben een kanaal van Christus’ leven (Joh. 15:5)
- Ik ben een kind van God (Joh. 1:12)
- Ik ben een vriend van Jezus (Joh.15:15)
- Ik ben gekocht en betaald (1 Kor.6:20)
- Ik ben geschapen om goede werken te doen (Efez.2:10)
- Ik ben het zout van de aarde (Matt.5:13)
- Ik ben meer dan overwinnaar (Rom.8:37)
- Ik ben niet de grote ‘Ik ben’ maar door de genade van God, ben ik wat ik ben (1Kor.15:10)
- Ik ben uit God geboren en de boze kan mij niet raken (1Joh.5:18)
- Ik ben uitgekozen om vrucht te dragen (Joh.15:16)
- Ik ben verborgen met Christus in God (Kol.3:3)
- Ik heb toegang tot Vader (Efez. 2:18)
- Ik vermag alle dingen in Hem die mij kracht geeft (Fil.4:13)
- Ik ben lid van een uitgekozen geslacht, een koninklijke priesterschap, een heilige natie, een volk dat Gods eigendom is (1Petr.2:9)
- Ik ben het licht van de wereld (Matt. 5:14)
- Ik ben vrij gemaakt van de wet van de zonde (Rom.8:2)